15 Maart in de Eusebiuskerk: ‘de toekomst van het restauratievak’. Nu actie ondernemen om het tij te keren.

22 apr 2018

Deze blog is, tegen de norm van het internet in, een ‘long read’ geworden, omdat we het onderwerp zo belangrijk vinden. De zorg over de restauratiebranche zit het GRC namelijk in het hart.

Vier deskundige sprekers over de toekomst van de restauratiebranche

De stichting Eusebius Arnhem en het GRC organiseerden op 15 maart in de prachtige Eusebiuskerk een bijeenkomst over het tekort aan restauratievakmensen en wat daaraan te doen. Er is nu al een groot tekort aan vakmensen en dit wordt in de toekomst alleen maar groter, als we het tij niet keren. Hans Winters, voormalig voorzitter van Stichting Eusebius Arnhem, zat de dag voor en introduceerde vier sprekers die ieder vanuit hun eigen kennis het probleem en de mogelijke oplossingen belichtten.

Herman Pleij; het verhaal vertellen

Als gastspreker was de emeritus hoogleraar uitgenodigd, die tegenwoordig vooral bekend is als denker en publicist over cultuurhistorische onderwerpen. Gepassioneerd nam hij het publiek mee in een pleidooi om bij restauratie het verhaal van het gebouw te vertellen, inclusief de ingrepen die in het verleden zijn gedaan. Dat leidt namelijk tot herkenning en identificatie. Dat is, juist het in het kader van behoud en restauratie van cultureel erfgoed, van belang. Ook de grootscheepse sloop van, naar onze huidige maatstaven, lelijke gebouwen stelde hij aan de kaak, omdat je anders dat verhaal niet meer kunt vertellen en dus een deel van je geschiedenis mist. Hij eindigde met wat volgens hem de essentie is van cultureel erfgoed: markeren, restaureren en vertellen.

Omstreden ingrepen, ketensamenwerking en bereikbare doelen

Bert van Bommel, senior-adviseur bij het Rijksvastgoedbedrijf, lichtte daarna met een aantal voorbeelden toe, dat ingrepen in een monument altijd omstreden zullen zijn. Maar door een goed contact in de keten, van architect tot uitvoerder, kunnen in gezamenlijkheid de juiste keuzes gemaakt worden. Vakmanschap betekent soms ook de kunst van het ‘niet doen’. Restauratoren zullen we volgens hem altijd nodig blijven hebben, maar om die voldoende te kunnen opleiden moeten we bereikbare doelen stellen. En de vakman moet zeker met de nieuwe ontwikkelingen mee.

Opleidingsaanbod afstemmen en actualiseren, en optimaliseren van ketenintegratie.

Dat was ook een deel van de boodschap van Boudewijn de Bont, directeur van aannemingsbedrijf Nico de Bont. Hij begon met stil te staan bij de crisis in de bouw. Daardoor is veel ervaring weggelekt, waren er te weinig opleidingsplaatsen en kozen te weinig jongeren voor techniek. “We hebben met een nichemarkt te maken: restauratie beslaat slechts 1% van de totale bouwmarkt”, zo zei hij. Maar ook toonde hij zich optimistisch: het restauratie-vak is volgens hem vitaler dan ooit. De productie zit alweer op het niveau van 2008. Maar er kan en moet nog veel verbeteren. We moeten de krachten bundelen. We moeten het opleidingsaanbod broodnodig afstemmen en coördineren, de lesstof actualiseren en moderniseren en bevlogen vakdocenten koesteren. Ook de bedrijven moeten, volgens De Bont, hierin hun verantwoordelijkheid nemen. En, aansluitend op het verhaal van Bert van Bommel, stelde hij dat bedrijven en opleidingen nieuwe competenties moeten verwerven, zoals het toepassen van digitale technieken bij complexe opgaves.  En, ook net als Van Bommel, hield hij een pleidooi voor het optimaliseren van de keten-integratie, waarvan hij de restauratie van de Eusebius een mooi voorbeeld vond.

‘Een leven lang leren’, pilotprojecten in het onderwijs en een citotoets voor techniek

Folkert Potze, directeur techniek bij ROC Nijmegen, confronteerde het publiek met ‘het nieuwe normaal’; flexibilisering van werk en diversiteit van werknemers. Het gaat om ‘een leven lang ontwikkelen’. Daarbij moeten, naast de inhoud, ook sociale competenties en nieuwsgierigheid bij de werknemers hoog in het vaandel staan. “Een portfolio op LinkedIn zou straks weleens belangrijker kunnen worden dan diploma’s of certificaten”, zie hij daarover. (zie in dat kader ook de blog over de Restauratiepas) Hij bepleitte een gezamenlijke investering van bedrijven en onderwijsinstellingen in het onderwijs, het invoeren van keuzedelen in de regio, het experimenten met zgn. ‘cross over’-kwalificaties en het doen van pilotprojecten met certificaten voor delen van kwalificaties. Hij toonde zich een groot voorstander van een citotoets voor techniek.

Natuursteenpenning

Als afsluiting van het symposium werd aan Slotboom Steenhouwers en aannemingsbedrijf Nico de Bont de natuursteenpenning uitgereikt voor het Westraam van de Eusebiustoren. Juryvoorzitter Anne Krikke roemde de combinatie van het werken met CNC-machines en ambachtelijke afwerking, waardoor een prachtig resultaat was verkregen.

Het was een inspirerende bijeenkomst, die veel stof tot nadenken gaf. En dat is goed. Maar we mogen niet te lang nadenken, want de conclusie mag zijn, dat de wil en de ideeën in de branche er zeker zijn. Het devies is nu, zo snel als mogelijk, actie ondernemen!

Terug naar overzicht